Ons commentaar

 

Fik Van Gestel (° 1951) mag beschouwd worden als een laatbloeier want zijn artistieke carrière begint pas echt als hij al in de dertig is. En dan is zijn begin nog tamelijk atypisch of zelfs tegendraads, want in de jaren tachtig van de vorige eeuw is klassieke schilderkunst op sterven na dood. Ten minste, dat zeggen de mensen die het kunnen weten: curatoren en recensenten. Catherine David bijvoorbeeld, ooit hoofdcurator van de Kasselse Documenta in opvolging van Jan Hoet, beweert in die jaren dat het schilderen uit de tijd is en een “tweedimensionale bourgeois illusie”. Het schilderen past helemaal niet meer in de wereld van de conceptuele kunst en alle andere mogelijke vormen van kunst die in die periode hoogtij vieren.

 

Conceptkunst heeft ondertussen zijn beste tijd achter de rug en sommigen, zoals Fik van Gestel en Karel Dierickx hebben echter nooit opgehouden doek en penselen te gebruiken om hun gevoelens uit te drukken.

De schilderkunst is dan ook blijven bestaan, naast alle andere vormen van beeldende kunst en, hoewel de traditie van de schilderkunst voelbaar is, blijft het resultaat toch hedendaags.

Het werk van F. Van Gestel is te plaatsen tussen figuratie en abstractie: hij vertrekt van een waarneming en in die zin is hij figuratief, maar de voorwerpen en scènes die hij afbeeldt zijn moeilijk of niet herkenbaar, en dus worden zijn schilderijen in een zekere zin abstract. De invloed van de natuur, echt en wild, is bij Van Gestel sterk voelbaar. Groen en bomen komen regelmatig aan bod en zijn als dusdanig te herkennen, althans voor wie de titel heeft gelezen.

Er is ook ruime aandacht voor zijn aquarellen, een niet alledaagse verschijning in de hedendaagse kunstwereld.

De tentoonstelling is interessant en de moeite waard maar de presentatie is een beetje te kil en te strak; de Warande is een polyvalent cultureel centrum maar het geheel, en zeker de ruimte voor de tentoonstellingen voelen zeer amateuristisch aan.

 

 

lees ook : T’Hart :fik van gestel t hart

De mededeling van De Warande

Fik van Gestel (°Turnhout, 1951. Woont en werkt in Gierle) maakte in de jaren tachtig deel uit van een groep schilders die ‘de nieuwe expressieve schilders’ genoemd werden (samen met Marc Maet, Karel Dierickx, Philippe Vandenberg e.a.). Zij brachten in navolging van de Italiaanse Transavanguardia de schilderkunst weer in de aandacht na een periode waarin die door de conceptuele kunst wat naar de achtergrond verdrongen was. Recent heeft van Gestel duidelijk een tweede adem gevonden met zijn schilderijen die overlopen van licht. Fik van Gestel stelde in 1977 een eerste maal tentoon in de Warande. Zijn laatste solotentoonstelling dateert van 1992. In 2001 volgde er nog een tentoonstelling waarin zijn werk geconfronteerd werd met dat van zijn (oud-)studenten van Sint-Lucas waar hij gedurende 30 jaar schilderkunst doceerde. In de tentoonstelling in de nieuwe expozaal tonen we in hoofdzaak recent werk en besteden we ook aandacht aan van Gestels aquarellen die nog niet vaak te zien waren.

 

Praktisch

Warandestraat 42, 2300 Turnhout

woensdag tot zondag van 11u tot 17u   vrijdag open tot 20u00

maandag en dinsdag gesloten

   

 

 

Le commentaire de Quovadisart

 

La carrière artistique de Fik Van Gestel (1951) ne commence que lorsqu’il a déjà atteint la trentaine. En plus, ses débuts sont assez atypiquse et vont même à contrecourant, car dans les années quatre-vingt du siècle dernier, la peinture classique est mourante. C’est du moins ce que disent, à cette époque, les personnes qui peuvent le savoir : les curateurs et critiques d’art. Catherine David par exemple, qui succède à Jan Hoet en tant que curateur en chef de la Documenta de Kassel, prétend que la peinture est dépassée et n’est qu’une “illusion bourgeoise bi- dimensionnelle.” La peinture n’a plus sa place dans le monde de l’art conceptuel ou toutes les autres formes d’art qui sont à la mode dans ces années. ?? Point. Mais l’art conceptuel a eu son meilleur temps et certains, comme Fik van Gestel et Karel Dierickx, n’ont jamais cessé d’utiliser la toile et les pinceaux pour s’extérioriser .

Mais la peinture a réussi à se maintenir, en plus et à côté de toutes les autres formes d’art plastique et, bien que la tradition reste présente, le résultat est contemporain.

Le travail de Van Gestel se situe entre le figuratif et l’abstrait : il part d’une perception et dans ce sens il est figuratif ; mais les objets ou les scènes qu’il dépeint ne sont pas ou difficilement reconnaissables, et donc sa peinture devient abstraite.

L’influence de la nature, sauvage et vraie, est fortement présente dans ses œuvres ; le vert et les arbres se retrouvent très souvent et sont, parfois, reconnaissables du moins pour ceux qui ont lu le titre. L’exposition donne aussi une place importante à ses aquarelles, technique inhabituelle dans le monde de l’art contemporain.

L’exposition est intéressante et vaut la peine, mais la présentation est rigide et manque de chaleur ; le Warande est un centre culturel polyvalent, mais l’ensemble et particulièrement les salles d’expositions, ne dépassent pas l’amateurisme.

 

Pas de site en Français